Adriana Maria (Jeanne) Bus
Geboren 23 februari 1909 te Haarlemmermeer
Dochter van Govert Bus en Martha Maria Hendrika van Kasteren
Ongehuwd
Overleden 11 juni 1966 te Leiden (57)
Sjaan (want zo schreven we haar naam) herinner ik me als een vreselijk opgewekt mens. Je kan ook geen foto van haar vinden waarop ze niet lacht. Zeer spontaan, zingend en huppelend. Altijd in voor een geintje.
Ze werkte - zoals al de meiden - regelmatig mee. Eerst in het Pension Café De Palmboom, later achter de toonbank van Jamin, maar een baan voor zichzelf had ze bij het modemagazijn De Faam in Leiden. Ze ging daardoor altijd goed gekleed waardoor haar charmes nog eens benadrukt werden.
Zíj was het die, samen met Joop en Riek ons opgepord heeft om een liedje in te studeren voor de koperen bruiloft van mijn ouders, Geert en Map. Gestoken in een jurk, met een pruik op het hoofd en een dikke ketting rond de nek, stond ik tussen de schuifdeuren een liedje op te zingen (want ik kon moeilijk de melodie onthouden). Vooral Sjaan heeft er de hand in gehad om er iets 'leuks' van te maken.
Bij een andere gelegenheid vertelden de tantes de mooiste en spannendste verhalen over wat hen of anderen wel niet overkomen was. Sjaan was steeds degene die de verhalen met veel opsmuk kon vertellen. Ze schroomde niet om er een soort eigen toneelvoorstelling van te maken. Zo deed ze eens een heel oud mannetje na, waarbij ze haar gebit uit de mond haalde. Dat hadden we nog nooit gezien: losse tanden!
We hebben altijd veel met haar gelachen.
Op het moment dat ik werd opgeroepen voor de Dienstplicht, lag Sjaan in het ziekenhuis. Ze was ernstig ziek en had niet lang meer te leven. Toen ik bij haar op bezoek was, moest iemand haar tas aangeven. Zo zwak als ze was, haalde ze er een bankbriefje uit en gaf het aan me met de mededeling: daar moet je je eerste pilsje van kopen. Dat heeft een diepe indruk op me gemaakt.
Herinnering:
Hoe vaak ik Jeanne gezien heb weet ik niet, misschien 3 keer, misschien 5 keer. Ze maakte veel indruk als ze kwam. Ik moet toen tussen de 8 en 15 jaar geweest zijn. Als ze naar de Bennebroekerweg kwam, kwam ze met Jo en soms kwam ook Riek mee. We noemden ze tante Jeanne, tante Jo enz. Ze kwamen dan met busmaatschappij Maarse & Kroon vanuit Leiden. Als Jeanne binnenkwam, was gelijk het huis vol. Ze was zeer levenslustig, vol gekkigheid en vrolijkheid. Jo was veel rustiger. Ik meen dat ik met moe ook wel bij C&A in Haarlem ben geweest omdat Jo wat had, maar daar ben ik niet zeker meer van. Veel later ontmoette ik Jo nog eens, ik meen op de begrafenis van ome Han van der Weijden in 1984. Ze was er, meen ik, samen met Riek. Ik zei tante Jo tegen haar, zoals ooit geleerd, maar dat kon niet maakte ze me duidelijk. Ze was enkel Jo. Zo gaat dat met herinneringen en de laatste persoonlijke herinneringen (Bron: CB).